Abirateron (Zytiga)
Geselecteerde behandeling: hormonale therapie
Algemene informatie
Inleiding
Binnenkort start u in het Slingeland Ziekenhuis met uw oncologische behandeling. Dit kan zijn: chemotherapie, immunotherapie of doelgerichte therapie. Ook kan het een combinatie van bovenstaande zijn. De arts en een verpleegkundige hebben u al het een en ander verteld over wat u kunt verwachten van de behandeling. De informatie op de volgende pagina's geeft verdere uitleg over uw behandeling. Daarnaast vindt u ook tips en adviezen. Deze informatie kunt u ook laten lezen aan eventuele andere zorgverleners, zoals uw huisarts en de wijkverpleegkundige. Het is belangrijk dat ook zij weten welke behandeling (medicijnen) u krijgt.
De informatie is samengesteld in samenwerking met het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL). Het ziekenhuis heeft ook eigen informatiemateriaal (zoals Patiënteninformatiewijzers). Het kan daarom voorkomen dat u bepaalde informatie elders al heeft gelezen.
De informatie op de volgende pagina's bestaat uit twee onderdelen:
Algemene informatie:
- Bereikbaarheid
- Wat is chemotherapie, immunotherapie en doelgerichte therapie.
- De afdeling
- Redenen om een arts te waarschuwen
- Tips voor het omgaan met urine/ontlasting en braaksel
- Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
- Second opinion
- Wetenschappelijk onderzoek bij kanker
- Telefoonnummers en websites voor informatie
- Vergoeding vervoer tijdens oncologische behandeling
Specifieke informatie over uw behandeling (kuurspecifieke gedeelte):
- Behandelschema
- Bijwerkingen
ALGEMENE INFORMATIE
1. Bereikbaarheid
Dagbehandeling oncologie ( 24 uurs bereikbaarheid)
Voor al uw vragen kunt u terecht bij de oncologieverpleegkundige van de dagbehandeling oncologie. De dagbehandeling oncologie is bereikbaar tussen 08.00 uur en 17.00 uur via telefoonnummer (0314) 32 97 46. Buiten de kantoortijden wordt u automatisch doorgeschakeld naar verpleegafdeling B1 (oncologie).
Wilt u een afspraak maken of wijzigen voor de Dagbehandeling Oncologie dan kunt u contact opnemen met het Centraal Planbureau op werkdagen van 8.30-16.30 uur via telefoonnummer: 0314-329445
Secretariaat van uw behandelend arts
Heeft u een vraag over een afspraak met uw arts, belt u dan naar het secretariaat van uw behandelend arts:
Poli oncologie: (0314) 32 95 54
Poli hematologie: (0314) 32 95 52
Poli longziekten: (0314) 32 95 63
2. Wat is chemotherapie, immunotherapie en doelgerichte therapie?
Chemotherapie is de behandeling van kanker met cytostatica. Dit zijn medicijnen die cellen doden of hun celdeling remmen.
Immunotherapie is een behandeling waarbij medicijnen worden gebruikt die de natuurlijke afweer van uw lichaam tegen kankercellen stimuleren. Immuuntherapie richt zich dus niet rechtstreeks op de tumor, zoals bijvoorbeeld chemotherapie of bestraling, maar op het activeren van het eigen afweersysteem. De medicijnen zorgen ervoor dat het afweersysteem de kankercellen aanvalt.
Bij doelgerichte therapie krijgt u medicijnen om kankercellen te doden of de groei ervan te remmen. Deze medicijnen richten zich op specifieke eigenschappen van kankercellen. Dit doen ze door de werking van bepaalde eiwitten van de kankercel te blokkeren.
3. De afdeling
In het Slingeland Ziekenhuis wordt de oncologische behandeling gegeven op de dagbehandeling oncologie/afdeling F1. Deze vindt u op de 1e verdieping.
Meestal moet u voordat u chemotherapie krijgt, bloed laten prikken. U komt dan een of enkele dagen vóór de behandeling naar het Laboratorium Afname in het ziekenhuis. Meestal gecombineerd met een bezoek aan de arts. Vaak is het ook mogelijk om in uw eigen woonplaats bloed af te laten nemen door medewerkers van het ziekenhuis. Informatie hierover vindt u op de website van het ziekenhuis. De verpleegkundige van de Dagbehandeling Oncologie bespreekt dit met u. Naar aanleiding van uw bloeduitslag, beslist de arts of de behandeling doorgaat. Vervolgens worden uw medicijnen bij de ziekenhuisapotheek besteld en krijgt u ze op het met u afgesproken tijdstip toegediend.
Het kan ook voorkomen dat de behandeling bestaat uit meerdere dagen en dat u kortdurend wordt opgenomen op de afdeling. Ook hiervoor geldt dat u zich mag melden bij dagbehandeling oncologie/afdeling F1 op de 1e verdieping.
Voor uw oncologische behandeling hoeft u niet nuchter te komen tenzij dit uitdrukkelijk met u is besproken. Voor eten en drinken tijdens de kuur wordt gezorgd.
Als de chemokuur om een reden van uw kant niet door kan gaan, vragen wij u dit op tijd, liefst 24 uur tevoren, telefonisch door te geven aan een verpleegkundige van de Dagbehandeling Oncologie.
U mag altijd iemand meenemen naar uw behandeling, wij verzoeken u om dit tot 1 persoon te beperken.
4. Redenen om een arts te waarschuwen
Bij onderstaande klachten is het belangrijk nog dezelfde dag contact op te nemen met het oncologisch verpleegkundig spreekuur of de specialist:
- koorts (vanaf 38,5 graden Celsius);
- koude rillingen;
- toegenomen kortademigheid;
- onverklaarbare bloedingen.
- als het plassen niet lukt
- als u niet meer kunt eten en/of drinken
- obstipatie of juist diarree
In het kuurspecifieke gedeelte leest u meer over wat u kunt doen bij klachten en wanneer u contact moet opnemen.
5. Tips voor het omgaan met urine/ontlasting en braaksel bij chemotherapie
Urine, ontlasting en braaksel bevatten resten cytostatica. In het kuurspecifieke gedeelte staat precies vermeld hoe lang dit duurt. Om uw omgeving te beschermen kunt u deze uitscheidingsproducten in die periode het beste zo min mogelijk met uw handen aanraken. In het ziekenhuis dragen verpleegkundigen altijd handschoenen ter bescherming tegen cytostatica. Soms dragen zij ook mouwtjes of schorten.
Adviezen voor als u thuis bent:
- Voor mannen: altijd gaan zitten bij het plassen om spatten zoveel mogelijk te voorkomen.
- Spoel het toilet na gebruik tweemaal door, met het toiletdeksel gesloten.
- Maak één keer per dag het toilet schoon.
- U kunt braaksel gewoon door het toilet spoelen.
- Bij bevuiling van kleding en beddengoed: kleding en/of beddengoed in de wasmachine doen, eerst spoelen met koud water. Daarna het gewone wasprogramma draaien.
Deze maatregelen zijn voldoende voor u en uw gezinsleden. Deze maatregelen gelden alleen tijdens de ‘besmette' periode. De hoeveelheid cytostatica in overige uitscheidingsproducten zoals zweet, speeksel, en tranen zijn zo laag dat er geen speciale maatregelen nodig zijn.
Het is niet bekend of, en in welke mate cytostatica opgenomen worden in het sperma of het slijmvlies van de vagina. Gebruik daarom, gedurende de risicoperiode, bij seksueel contact altijd een condoom.
6. Vruchtbaarheid, Zwangerschap en borstvoeding
De behandeling met cytostatica kan onvruchtbaarheid veroorzaken. De kans daarop is afhankelijk van verschillende factoren. De soort en combinatie van cytostatica, de aard van uw ziekte en uw leeftijd spelen hierbij een rol. Uw behandelend arts kan vertellen wat u kunt verwachten en welke mogelijkheden er zijn om de vruchtbaarheid veilig te stellen.
Mannen
Chemotherapie kan beschadiging van het erfelijke materiaal van de zaadcellen veroorzaken. Het is daarom niet wenselijk een kind te verwekken tijdens de behandeling. Na de behandeling is er meestal snel herstel, al duurt het soms nog 4 tot 5 jaar voordat de aanmaak en kwaliteit van het sperma weer volledig is hersteld.
Vrouwen
Een behandeling met cytostatica kan veranderingen in uw menstruatiepatroon veroorzaken. Soms worden de menstruaties heviger/onregelmatiger of verdwijnen (tijdelijk). Dit gaat soms gepaard met overgangsklachten. Na de behandeling herstelt uw menstruatiepatroon zich meestal weer. Een behandeling met cytostatica kan beschadiging van eicellen tot gevolg hebben. Dit kan leiden tot aangeboren afwijkingen bij kinderen. Een zwangerschap tijdens de behandeling dient daarom te worden voorkomen. Het is noodzakelijk dat u doorgaat of start met een betrouwbare methode van anticonceptie. Het is beter om met een zwangerschap te wachten tot enkele maanden na de behandeling. Uw lichaam krijgt dan de tijd om te herstellen van de behandeling. Een behandeling met cytostatica hoeft geen belemmering te zijn voor geslachtsgemeenschap. Door de behandeling kan het slijmvlies van de vagina droger worden. Een glijmiddel is dan een goed hulpmiddel bij het vrijen.
Borstvoeding
Het is niet bekend of het medicijn in de moedermelk terecht komt en daarom mag u tijdens en tot 4 weken na de behandeling geen borstvoeding geven
7. Second opinion
Een second opinion (een tweede mening) is een medisch oordeel van een andere arts dan uw behandelend arts.
In principe volgen alle kankerspecialisten dezelfde procedures voor onderzoek en behandeling. Uw specialist uit het Slingeland Ziekenhuis heeft regelmatig contact met specialisten uit academische ziekenhuizen en kankerklinieken. Er is een commissie waarin academische specialisten, de radiotherapeut en andere betrokken zorgverleners aanwezig zijn. In deze commissie wordt besproken welke behandeling voor u de beste behandeling is. Toch kunt u onzeker zijn of twijfels hebben over uw behandeling. Dan bestaat de mogelijkheid een second opinion bij een andere specialist te vragen. Bespreek met uw eigen specialist dat u een second opinion wilt. Hij kan namelijk met u overleggen bij wie u het beste terecht kunt en uw gegevens overdragen. Het vragen van een second opinion is geen blijk van wantrouwen tegen uw eigen specialist. Het is belangrijk dat u achter de behandeling staat en samen met uw specialist tot een goede keuze komt.
Omdat niet alle verzekeringsmaatschappijen de kosten van een second opinion vergoeden, is het wel verstandig om vooraf met uw zorgverzekeraar te overleggen.
8. Wetenschappelijk onderzoek bij patiënten met kanker
De arts heeft voor een chemokuur gekozen die voor u nu de grootste kans op succes biedt. Dat deze kuur de beste keus voor u is, weten we dankzij uitgebreid wetenschappelijk onderzoek bij patiënten met kanker. Deze patiënten zijn in het verleden met deze en andere kuren behandeld. Meestal gaan deze onderzoeken uit van academische ziekenhuizen of organisaties die zich bezighouden met het verbeteren van behandelingen van kanker. De onderzoeken hebben tot doel de effectiviteit van chemokuren te verbeteren en mogelijke bijverschijnselen te minimaliseren.
Ook in het Slingeland Ziekenhuis nemen wij regelmatig deel aan wetenschappelijk onderzoek. Het kan dus voorkomen dat de arts u vraagt om aan een dergelijk onderzoek mee te werken. Deze onderzoeken zijn aan zeer strenge regels gebonden, ter bescherming van de belangen van de deelnemende patiënten. Wij verwerken al uw gegevens anoniem.
Het onderzoek vindt uiteraard geheel op vrijwillige basis plaats. Als u besluit om niet mee te doen aan een onderzoek, wordt u op geen enkele wijze tekort gedaan in uw behandeling.
Vraagt de arts of u wilt deelnemen aan het onderzoek, dan is er voor u een ruime bedenktijd om daarover een beslissing te nemen. Het is mogelijk om met uw huisarts of met een onafhankelijke arts te overleggen.
Als u deelneemt aan wetenschappelijk onderzoek en u bedenkt zich, dan kunt u op elk moment van verdere deelname aan het onderzoek afzien.
9. Telefoonnummers en websites voor informatie
-
- Slingeland Ziekenhuis
Telefoon: (0314) 32 99 11
Website: http://www.slingeland.nl/
- Kanker.nl
Kanker.nl is een initiatief van KWF Kankerbestrijding, patiëntenbeweging Levenmetkanker en IKNL (kenniscentrum voor zorgverleners in de oncologie). Je vind er informatie over kanker, de behandeling ervan en leven met kanker. Ook kun je er in contact komen met andere patiënten.
Website: http://www.kanker.nl/
- Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK)
Telefoon: (030) 291 60 90.
E-mail: secretariaat@nfk.nl
Website: http://www.nfk.nl/
Adressen voor psychosociale ondersteuning:
- Zorgverleners Slingeland ziekenhuis
In het Slingeland ziekenhuis werken verschillende zorgverleners die u hulp kunnen bieden. Overleg hierover met de arts of verpleegkundige en meer informatie kunt u vinden in de folder: Omgaan met kanker.
- Oude Ijssel huis (Doetinchem)
Het Oude IJssel huis is een huis voor mensen die leven met kanker. Je kunt er terecht voor een goed gesprek; een ontspannende activiteit; een lezing of gewoon voor een kopje koffie. Op de dagbehandeling oncologie zijn ook regelmatig vrijwilligers van het Oude ijsselhuis aanwezig,
Telefoon:(0314)646024
Website: http://www.inloophuisoudeijssel.nl/
In de Achterhoek zijn verschillende lokale oncologie netwerken actief. De netwerken bestaan uit eerstelijns zorgprofessionals, zoals diëtisten en gespecialiseerde fysiotherapeuten, en hebben als doel om de zorg voor patiënten met en na kanker vanuit de thuissituatie te verbeteren. Zij werken samen aan een optimaal behandelresultaat. Voor informatie:
- Hematon is de patiëntenorganisatie voor patiënten met een hemato-oncologische aandoening, zoals bloedkanker en lymfklierkanker.
- Website: http://www.hematon.nl/
10. Vergoeding vervoer tijdens oncologische behandeling
In alle basisverzekeringen is opgenomen dat de zorgverzekeraar de kosten vergoedt die u heeft gemaakt voor het gebruik van de (eigen) auto, taxi of openbaar vervoer als u een oncologische behandeling met chemotherapie en/of radiotherapie moet ondergaan. Vergoeding is pas mogelijk nadat u uw eigen bijdrage hebt betaald. Door een aantal zorgverzekeraars wordt deze regel zeer strikt nageleefd. U kunt bij uw verzekeraar informeren of u hiervoor in aanmerking komt en hoe u de kosten kunt declareren.
Behandelschema
Abirateron (Zytiga)
Toepassing: prostaatkanker
Het vermindert de hoeveelheid van het mannelijk geslachtshormoon (testosteron). Het remt daardoor de groei van kanker die op dit hormoon reageert.
Deze kuur bestaat uit 2 verschillende medicijnen. Daarnaast kunnen nog enkele andere medicijnen voorgeschreven worden. Deze dienen als ondersteuning van de behandeling, bijvoorbeeld om bijwerkingen te beperken.
Medicijn |
dosering |
wijze van toediening |
abirateron (Zytiga) 500 mg |
1x daags 2 tabletten Arts kan zonodig de dosering aanpassen |
Tabletten in geheel doorslikken met water, vanaf 2 uur voor tot 1 uur na het innemen niet eten tabletten niet breken |
prednison |
1 x daags aangegeven dosering |
Tabletten met water innemen |
Belangrijk:
- Indien u heeft overgegeven na het innemen van de medicatie, mag u alleen een nieuwe tablet innemen als u de ingenomen medicatie nog kunt herkennen in uw braaksel.
- Het is de bedoeling dat u uw medicatie elke dag rond hetzelfde uur inneemt (bij voorkeur 's ochtends).
- Indien u een of meerdere doses abirateron vergeten bent in te nemen, neem dan contact op met de oncologieverpleegkundige of de specialist. Neem geen dubbele dosis in om een overgeslagen dosis in te halen.
Tabletten bewaren bij kamertemperatuur, in de verpakking. De houdbaarheidsdatum staat op de verpakking of op het etiket.
Tabletten: ovale vorm, kleur: roze, opdruk: 500
Voetnoot behandelplan
Overleg met de arts bij vastgestelde leverproblemen, de arts past zonodig de dosering aan.
Vooraf aan iedere controle wordt het bloed gecontroleerd. Eerst zijn de controles om de 4 of 8 weken nadien standaard om de 3 maanden.
Tot aan de eerste controle bij de arts is er wekelijks een telefonisch contact met de verpleegkundige van het spreekuur.
- Het gelijktijdig gebruik van bepaalde medicijnen kan de werkzaamheid beïnvloeden, overleg alle nieuwe medicatie met de arts (dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder recept bij de apotheek of drogist kunt kopen).
- Het gelijktijdig gebruik van St Janskruid en grapefruitsap, wordt afgeraden omdat dit de werkzaamheid en de bijwerkingen kan beïnvloeden. Dit kan ook gelden voor andere natuurlijke producten (b.v. Ginseng), overleg het gebruik met de arts of verpleegkundige.
Beschermende maatregelen ten aanzien van excreta
- Abirateron: geen risico
Abirateron
Stop met het innemen en raadpleeg onmiddellijk een arts als u een van de volgende verschijnselen opmerkt: Spierzwakte, spiertrekkingen of bonzen van uw hart (hartkloppingen). Dit kan erop wijzen dat de hoeveelheid kalium in uw bloed te laag is.
Het innemen van abirateronacetaat met voedsel kan bijwerkingen veroorzaken.
Gevolgen voor vruchtbaarheid en ongeboren kind
Deze informatie is relevant voor vrouwen én mannen in de vruchtbare leeftijd.
Vrouwen mogen tijdens de behandeling en ook in een bepaalde periode daarna meestal niet zwanger worden. Er kunnen
risico’s zijn voor het ongeboren kind. Bij mannen is minder goed bekend of een behandeling, zoals chemotherapie,
tijdelijk invloed kan hebben op de kwaliteit van het zaad en of dit risico’s met zich meebrengt voor het ongeboren
kind.
Ook kan de behandeling van kanker ervoor zorgen dat u (later) minder vruchtbaar bent. Dit hangt af van het soort medicijnen, de combinatie van medicijnen, de dosering, het soort kanker en uw leeftijd.
Bespreek vóór de start van de behandeling wat dit in uw situatie betekent. Bijvoorbeeld of – en hoe lang – u
maatregelen moet nemen om een zwangerschap te voorkomen.
Heeft u een kinderwens? Bespreek dan met uw zorgverlener de mogelijkheid van invriezen van sperma of eicellen vóór
het starten van de behandeling.
Middelen met hun bijwerkingen
Abirateron (hormonale therapie)
Bijwerkingen en adviezen
Blaasproblemen
Door de behandeling kunnen blaasproblemen ontstaan door beschadiging of irritatie van de blaaswand.
blaasontsteking
Door de behandeling kunnen blaasproblemen ontstaan door beschadiging of irritatie van de blaaswand. Door beschadiging van de blaaswand kunnen er meer bacteriën in de blaas voorkomen die gaan ontsteken, met een blaasontsteking tot gevolg. U kunt de volgende klachten krijgen:
- (brandende) pijn bij het plassen
- pijn in de onderbuik
- bloed of bloedstolsels bij de urine
- vaker plassen
- niet goed kunnen plassen
- vaak moeten plassen en vaak aandrang hebben, terwijl de blaas niet vol is
- slecht en sterk ruikende of troebele urine.
Advies
- drink veel, anderhalf tot twee liter per dag (16 kopjes of 14 bekers per dag). Dit zorgt voor een natuurlijke doorspoeling.
- plas regelmatig. Dit spoelt de bacteriën naar buiten zodat deze zich niet aan de blaaswand kunnen hechten.
- houd de plas niet op, maar ga bij aandrang gelijk naar het toilet.
- zorg voor warme kleding; vooral het onderlichaam en de voeten moeten warm blijven.
- zorg voor een goede hygiëne. Voor vrouwen: reinig het onderlichaam van voren naar achteren om te voorkomen dat bacteriën in de plasbuis terechtkomen. Was daarna zorgvuldig de handen.
- plas direct na het vrijen.
- de vagina is zelfreinigend. Gebruik daarom geen zeep bij het wassen van de vagina.
- een bekkenbodemfysiotherapeut kan helpen bij plasklachten. Vind een bekkenbodemfysiotherapeut bij u in de buurt.
Neem contact op met de behandelend arts als u een van de volgende klachten heeft:
- als er bloed bij de urine te zien is
- als u pijn heeft bij het plassen
Leverproblemen
Door de behandeling kan de leverfunctie verstoord raken. Stoornissen van de leverfunctie zijn vaak te zien aan afwijkingen in het bloed. Daar zult u in eerste instantie niet veel van merken. Pas bij ernstige leverfunctiestoornissen kunt u klachten krijgen als vermoeidheid, complete malaise of het geel worden van de huid of ogen (geelzucht).
Als er leverfunctiestoornissen optreden, kunnen die het verloop van de behandeling veranderen. U krijgt bijvoorbeeld een lagere dosis toegediend of de behandelend arts schrijft een ander middel voor.
Advies
- Heeft u klachten die (kunnen) wijzen op ernstige leverfunctiestoornissen, meldt dit dan aan uw behandelend arts.
Maag-darmklachten
Door de behandeling kunt u last krijgen van maag-darmklachten. Dit zijn klachten die te maken hebben met het spijsverteringskanaal. Deze loopt van de mond tot en met de anus. Klachten kunnen zijn: een ander ontlastingspatroon, maag- of buikpijn, opgeblazen gevoel of winderigheid.
diarree
Diarree is waterige dunne ontlasting waarvoor u meer dan 3 keer per dag naar de wc moet. Bij diarree nemen de darmen minder vocht en voedingsstoffen op. Dit komt door irritatie van de darmen, waardoor de darmen minder goed werken. Vaak komt de aandrang plotseling. En is het ophouden van de diarree moeilijk of lukt het zelfs helemaal niet.
De volgende klachten kunnen optreden:
- een waterige of dunne ontlasting
- bloed of slijm bij de ontlasting
- buikpijn en/of buikkrampen
- opgeblazen gevoel
- vaak naar de wc moeten
- misselijk zijn en overgeven
- koorts
- als u een stoma heeft voor de ontlasting, moet u het zakje vaker legen dan normaal.
Advies
Wat moet u doen bij diarree:
- Neem contact op met uw zorgverlener als u:
- langer dan 24 uur diarree heeft.
- bloed of slijm bij de ontlasting heeft.
- moet overgeven en diarree heeft.
- Houd bij hoe vaak en hoe veel ontlasting u heeft.
- Door de diarree verliest u meer vocht dan normaal. Het is belangrijk om genoeg te blijven drinken, minstens 1,5 tot 2 liter per dag. Dit zijn ongeveer 10-12 glazen. Denk aan water, thee, bouillon, sap of limonade. Varieer met zowel zoete als zoute dranken. Genoeg drinken kan in het begin lastig zijn, omdat u niet altijd dorst heeft. Het kan dan helpen om op te schrijven wat u heeft gedronken.
Wat kunt u nog meer doen bij diarree:
- Voeding is meestal niet de oorzaak van diarree. Een streng dieet is niet nodig. Wel kan het helpen om verschillende dingen te eten. Vasten of minder eten is niet verstandig.
- Vermijd koffie, alcohol, zure dranken, producten met zoetstoffen of producten met lactose.
- Eet of drink (tijdelijk) meer zout. Als u diarree heeft, verliest u meer zout dan normaal. Neem regelmatig een kopje soep of bouillon. Overleg met uw zorgverlener als u niet te veel zout mag eten.
- Eet kleine porties. Kies in plaats van 3 grote maaltijden voor kleinere porties verdeeld over de dag.
Neem nooit medicijnen, supplementen of probiotica (bacteriën die de darmen kunnen helpen) tegen diarree zonder dit met uw zorgverlener te bespreken.
Kijk hier voor meer adviezen over wat u kunt eten bij diarree.
Ook kunt u bij diarree last krijgen van wondjes en pijn rondom de anus. Hieronder vindt u adviezen wat u moet doen als u wondjes en/of pijn rondom uw anus heeft:
- Maak uw huid schoon met zacht toiletpapier.
- Was de huid al deppend zonder zeep.
- Gebruik vette zalf rondom het anale gebied om de jeuk te verzachten.
Laatst gewijzigd: 15 april 2025
Vasthouden van vocht
Door de behandeling kan uw lichaam meer vocht vasthouden. Dit heet oedeem. Meestal verdwijnt het vocht vanzelf weer. Hoelang dat duurt, hangt af van de behandeling. Ook kan het per persoon anders zijn.
De volgende klachten kunnen voorkomen:
- dikke enkels of onderbenen
- dikke vingers, handen of armen
- opgezwollen gezicht
- zwaarder worden
- moeite met ademen
- benauwd worden bij plat liggen
- minder plassen dan u gewend bent
Advies
- Zorg dat u voldoende beweegt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen of yoga, kan ervoor zorgen dat het vocht weer terugkomt in de bloedsomloop. Dat helpt om minder vocht vast te houden.
- Leg uw benen voeten hoog als u zit of ligt. Zorg dat uw benen hoger liggen dan uw billen. Gebruik bijvoorbeeld een voetenbankje of leg kussens op de bank of onder uw matras.
- Gebruik compressiesokken.
- Neem direct contact op met uw zorgverlener als u:
- benauwd bent terwijl u niets doet of als u ligt
- (plotselinge) pijn of druk op de borst heeft
- plotseling een zwelling in het gezicht krijgt
- één been heeft dat dikker, roder of pijnlijker is dan het andere been.
Let op: Deze bijwerking gaat over vocht vasthouden door chemotherapie, immuuntherapie, doelgerichte therapie of hormoontherapie. Houdt u door een andere oorzaak vocht vast? Dan kunnen de adviezen anders zijn. Bespreek dit dan met uw zorgverlener.
Laatst gewijzigd: 15 april 2025
Hoge bloeddruk
Een hoge bloeddruk voelt u meestal niet. Is uw bloeddruk extreem hoog, dan kunt u last hebben van:
- hoofdpijn
- kortademigheid
- problemen met zien
- duizeligheid
- overmatig blozen
Advies
-
heeft u één van bovengenoemde klachten, neem dan contact op met uw behandelend arts.
U kunt zelf niets doen om de bloeddruk te verlagen. De behandelend arts schrijft u medicijnen voor als dat nodig is. Ook zal uw bloeddruk regelmatig gecontroleerd worden.
Bij klachten/ bijwerkingen zoals spierzwakte, hartkloppingen dient patiënt contact op te nemen. Ook indien patiënt diarree heeft bij inname van abiraterone omdat dit kan leiden tot een kaliumtekort
Zie voor de bijwerkingen ook de adviezen in de patiënteninformatiefolder van abiraterone. Deze folder kunt u vragen bij de oncologieverpleegkundige