Letrozol
Geselecteerde behandeling: hormonale therapie
Algemene informatie
U krijgt een behandeling binnen het Oncologisch Centrum Leeuwarden (OCL). De arts en/of verpleegkundige hebben u al informatie gegeven over de behandeling en de gang van zaken binnen het OCL. U krijgt het medicijn Letrozol.
Letrozol behoort tot een groep van geneesmiddelen genaamd aromatase remmers en valt onder endocriene therapie. Letrozol remt de werking van het enzym aromatase waardoor de omzetting van androgenen in oestrogenen wordt geremd. Met andere woorden: de oestrogeenproductie wordt geremd. Hierdoor wordt de groei van borstkanker die gevoelig is voor het hormoon oestrogeen geblokkeerd.
Meer informatie
Meer informatie kunt u vinden in de “Behandelwijzer chemotherapie en doelgerichte therapie”.
Behandelschema
Letrozol wordt 1x per dag gegeven. Neem de tablet in op een vast tijdstip op de dag.
De volledige duur van de behandeling bespreekt u met uw specialist.
In sommige gevallen worden deze medicijnen gecombineerd met botversterkende medicijnen. In overleg met uw internist-oncoloog kiest u voor de behandeling die het beste bij u past.
Beschermende maatregelen ten aanzien van excreta
- Letrozol: geen risico
Middelen met hun bijwerkingen
Letrozol (hormonale therapie)
Bijwerkingen en adviezen
Grieperig voelen
Door de behandeling kunt u een grieperig gevoel krijgen. Klachten hierbij kunnen zijn:
- algehele malaise
- koorts
- hoofdpijn
- verminderde eetlust
Het grieperig gevoel is meestal van korte duur. Het begint enige uren na de toediening van de medicijnen, houdt 1 tot 2 dagen aan en verdwijnt meestal weer spontaan.
Advies
- neem de temperatuur op wanneer u zich niet goed voelt of last heeft van koude rillingen. Heeft u een temperatuur van 38,5 ºC of meer? Neem dan contact op met uw behandelend arts. Misschien heeft u dan een bijkomende infectie.
- nemen de griepverschijnselen in de dagen na de behandeling niet af of wordt het zelfs erger? Neem dan contact op met uw behandelend arts.
Moe zijn
Tijdens de behandeling van kanker, kunt u zich erg moe voelen. Dit kan ook nog na de behandeling voorkomen. Moe zijn wordt veroorzaakt door de kanker zelf en/of door de bijwerkingen van de behandeling. Doordat u moe bent, lukt het niet meer om dagelijkse activiteiten, zoals bewegen, werk of hobby’s goed te kunnen doen. De klachten worden ook niet minder door rust en/of slaap. Na een activiteit heeft u meer of langer rust nodig. Het lukt niet goed meer om de dingen te doen die u graag wilt of moet doen.
De volgende klachten kunnen optreden:
- Weinig/geen energie hebben
- Nergens zin in hebben
- Prikkelbaar zijn
- Meer willen slapen en/of meer moeite hebben met slapen
- Last van stemmingswisselingen
- Als u beweegt, bent u snel moe
- Geheugen- en concentratieproblemen
- Minder belangstelling hebben voor de omgeving
Deze klachten kunnen ook na de behandeling nog lang blijven duren. Soms een paar maanden, soms zelfs jaren. Hieronder vindt u adviezen over hoe u kunt omgaan met deze klachten.
Advies
- Meld uw klachten aan uw zorgverlener. Deze kan uw klachten met u bespreken en samen met u bekijken wat er mogelijk is. Bij sommige klachten kan de arts u doorverwijzen voor een behandeling met cognitieve gedragstherapie (CGT). Bij deze vorm van therapie leert u hoe u beter met de klachten kan omgaan.
- Zorg dat u voldoende beweegt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen of yoga, zorgt ervoor dat u zich minder moe voelt. Een (oncologisch) fysiotherapeut kan u hierbij helpen.
- Eet gezond en veel eiwitten. Een diëtist kan u hierbij helpen.
- Stel grenzen. Bepaal zelf waaraan u uw energie wil besteden.
- Zoek balans en wissel momenten van inspanning en ontspanning/rust met elkaar af. Plan niet te veel activiteiten op één dag. En wissel dingen die u moet doen af met dingen waar u energie van krijgt. Zorg ook voor een goede verdeling van mentale, sociale en lichamelijke activiteiten over de dag en de week.
- Probeer op vaste tijden naar bed te gaan en op te staan. Ook zijn er andere adviezen die ervoor kunnen zorgen dat u beter kunt slapen. Bijvoorbeeld door vlak voor het slapen niet meer naar fel licht van een tv of mobiel te kijken. Meer adviezen kunt u hier vinden.
- Vraag familie, vrienden en kennissen om te helpen met dingen die u te vermoeiend vindt om te doen.
Kijk in de Verwijsgids Kanker welke zorgverleners bij u in de buurt u kunnen helpen met moe zijn.
Voor het laatst gewijzigd: 6 mei 2024
Pijn in spieren of gewrichten
Door de behandeling kunt u pijn krijgen in de spieren, gewrichten of botten. Klachten hierbij kunnen zijn:
- spierpijn (overal in het lichaam, zoals nekpijn, rugpijn, beklemmend gevoel op de borst, pijn aan de ledematen etc)
- gewrichtspijn
- te hoge spierspanning (spierspasmen)
- pijn in de botten (botpijn)
Advies
- u kunt 500 tot 1000 mg paracetamol gebruiken tegen hoofdpijn, spierpijn en pijn in de botten (maximaal 3 maal daags tot een dagmaximum van 3000 mg)
- nemen de klachten in de dagen na de behandeling niet af of wordt het zelfs erger? Neem dan contact op met uw behandelend arts.
Veel zweten
Door de behandeling kunt u veel gaan zweten. Een ander woord hiervoor is transpireren. Door te zweten raakt het lichaam via miljoenen zweetkliertjes vocht kwijt. Dit vocht komt op de huid terecht en daar verdampt het. Op deze manier zorgt het lichaam bij warmte of grote inspanning voor een ideale lichaamstemperatuur. De volgende klachten kunnen optreden:
- u kunt teveel vocht verliezen
- nare luchtjes
- irritatie van de huid
Advies
- zorg dat u voldoende vocht aanvult, drink 1½ tot 2 liter per /dag; dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag
- besteed extra aandacht aan lichaamsverzorging, vooral de liezen en onder de borsten
- was uw hele lichaam minimaal een keer per dag met pH-neutrale zeep en gebruik lauwwarm water; dit voorkomt irritatie van de huid
- draag kleding en gebruik beddengoed van natuurlijke stoffen (bijvoorbeeld katoen en linnen) en verschoon deze regelmatig.
Opvliegers
Door de behandeling kunt u last krijgen van opvliegers. Opvliegers zijn korte, plotselinge warmteaanvallen. Ook kunt u gaan zweten en wordt u rood in het gezicht (blozen), nek en hals.
Tijdens de opvlieger stijgt de temperatuur van de huid. Meestal duurt een opvlieger een paar minuten.
Advies
- sommige mensen krijgen minder opvliegers als ze stress, cafeïne, alcohol en gekruid eten vermijden
- draag meerdere lagen kleding, zodat u wat uit kunt doen tijdens een opvlieger
- iets kouds drinken aan het begin van een opvlieger kan verlichting geven