Dexamethason
Geselecteerde behandeling: overige middelen
Dexamethason
Wij kunnen op basis van de bronnen niet zeggen of de bijwerkingen ‘zeer vaak’ of ‘vaak’ kunnen optreden. Daarom worden de bijwerkingen van dit middel allemaal bij 'zeer vaak' genoemd.
Middelen met hun bijwerkingen
Dexamethason (overige middelen)
- Allergische reactie
- Andere vetverdeling
- Beroerte
- Duizelig zijn
- Hartproblemen
- Huidproblemen
- Klachten centraal zenuwstelsel
- Maag-darmklachten
- Meer lichaamshaar dan normaal
- Minder goed kunnen zien
- Pijn in spieren of gewrichten
- Schade aan zenuwen (neuropathie)
- Slecht slapen
- Teveel suiker in het bloed
- Vasthouden van vocht
- Veel zweten
- Aankomen
- Botontkalking
- Hoge bloeddruk
- Hoofdpijn
- Infecties
- Psychische klachten
- Stemmingsveranderingen
- Trombose
- Verandering in de menstruatie
Bijwerkingen en adviezen
Allergische reactie
De behandeling kan een allergische reactie geven. Meestal ontstaan allergische klachten direct na het innemen of toediening van medicijnen. Soms pas na enkele uren. Een allergische reactie begint vaak met:
- roodheid en huiduitslag, soms met jeuk over het hele lichaam
- kuchen
- onrust
Wat later kunnen de volgende klachten optreden:
- bleek zien
- gezwollen oogleden en een opgezet gezicht
- beklemmend gevoel op de borst
- duizeligheid (door daling van de bloeddruk)
- rillen
- misselijkheid en darmkrampen
- kortademigheid
- gevoel van onrust
Advies
- het is belangrijk dat u eventuele klachten tijdens de behandeling zo snel mogelijk meldt aan uw behandelend arts. De toediening van de medicatie wordt zo nodig tijdelijk onderbroken of gestopt. Ook kan het zijn dat u medicijnen krijgt toegediend om verergering van de klachten te voorkomen; ze verdwijnen dan meestal snel.
Andere vetverdeling
Door de behandeling kan onderhuids vet op andere plaatsen komen te zitten.
- uw nek wordt bijvoorbeeld dikker
- u kunt een boller gezicht krijgen
- soms komt er meer vet om uw middel of heupen, terwijl armen en benen juist dun blijven.
Advies
Overleg met uw behandelend arts of verwijzinging naar een diëtist mogelijk is.
Beroerte
Bij een beroerte is een bloedvat in de hersenen afgesloten of kapot. U krijgt hierdoor klachten, zoals:
- een verlamde arm of een verlamd been
- een scheve mond
- moeite met praten
- niet goed zien
- minder of ander gevoel in uw gezicht, arm of been
Advies
- Bel dan direct 112, uw huisarts of huisartsenpost.
- Hoe sneller de behandeling begint, hoe minder schade in de hersenen.
- U krijgt medicijnen en soms een behandeling via de lies of een operatie.
Duizelig zijn
Door de behandeling kunt u duizelig worden. Klachten kunnen zijn:
- u kunt zich licht in het hoofd voelen
- een onvast gevoel in de benen hebben
- een draaierig gevoel hebben
Advies
U kunt de klachten verlichten of proberen te voorkomen door rustig op te staan of langzaam van houding te veranderen en niet plotseling te bewegen.
Hartproblemen
Tijdens de behandeling krijgt u een medicijn dat het hart kan beschadigen. Hierdoor kan de werking van de hartspier afnemen. Uw hart heeft dan een verminderde pompkracht of klopt onregelmatig. Deze bijwerking hangt af van de totale hoeveelheid van dit medicijn. Voorbeelden van klachten zijn:
- hartkloppingen
- hartritmestoornis
- hartfalen
Of deze bijwerking optreedt, verschilt per patiënt. Loopt u door de behandeling risico, dan zal uw arts u regelmatig controleren.
Advies
Als u een van de volgende klachten heeft, neem dan contact op met uw behandelend arts:
- extreme vermoeidheid bij lichamelijke inspanning
- pijn op de borst
- kortademigheid
- hartbonzen (vooral ‘s nachts), een onregelmatige hartslag of een erg snelle hartslag
- vocht vasthouden in de benen (dikke enkels, onderbenen).
Huidproblemen
Door de behandeling kan de huid geïrriteerd raken.
huiduitslag
Door de behandeling kunt u huiduitslag krijgen. We spreken van uitslag wanneer er op de huid bepaalde veranderingen optreden zoals roodheid, vlekken, puisten, pukkels of blaasjes. Dit kan optreden over de gehele huid of in de vorm van een plaatselijke uitslag.
Een veel voorkomende vorm van huiduitslag is een allergische reactie op medicijnen. Netelroos is daar een voorbeeld van. Een ander woord voor netelroos is galbulten. De allergische reactie uit zich door een jeukende, rode uitslag. Deze huiduitslag is vergelijkbaar met de huiduitslag na contact met een brandnetel. Klachten bij huiduitslag zijn:
- roodheid van de huid
- jeuk
- bultjes
- verdikte huid
- overgevoeligheidsreactie/allergische reactie (in de vorm van gordelroos of netelroos)
Advies
- huidreacties kunnen verergeren door de blootsteling aan zonlicht. Vermijd daarom fel licht op de huid en bescherm de huid met kleren en zonnebrand-crème.
- verzachtende en beschermende crèmes en zalven bevatten geen werkzame bestanddelen, maar houden de huid wel soepel en voorkomen verdere uitdroging van de huid. Klachten als jeuk, schilfering, kloven en branderige plekken verminderen door deze middelen. Ze zijn zonder recept verkrijgbaar
- voorbeelden voor een niet al te droge huid: lanettecrème en cetomacrogolcrème
- voorbeelden voor een erg droge huid: vaseline lanettecrème en vaseline cetomacrogolcrème
- metholgel kan de huid verkoeling geven
jeuk
De behandeling kan jeuk geven. Heeft u ergens jeuk, dan heeft u de drang geeft om te krabben of te wrijven. Klachten door jeuk kunnen zijn:
- roodheid
- uitslag van de huid
- onrustig gevoel
- slecht slapen
Advies
- probeer niet te krabben; concentreert u zich op iets anders
- knip uw nagels in elk geval heel kort en houdt ze schoon
- jeuk wordt soms erger door warmte of door contact met kleding of beddengoed; probeer hier rekening mee te houden
- verzachtende en beschermende crèmes en zalven bevatten geen werkzame bestanddelen, maar ze houden de huid wel soepel en voorkomen verdere uitdroging van de huid. Klachten als jeuk, schilfering, kloven en branderige plekken verminderen door deze middelen. Ze zijn zonder recept verkrijgbaar
- voorbeelden voor een niet al te droge huid: lanettecrème en cetomacrogolcrème
- voorbeelden voor een erg droge huid: vaseline lanettecrème en vaseline cetomacrogolcrème
- mentholgel kan een verkoelend effect geven op de huid
puistjes
U kunt door de behandeling last krijgen van puistjes. Dit kunt u vrij snel na het starten van de behandeling krijgen. De puistjes lijken op acné, maar is geen acné. De puistjes komen vooral voor in het gezicht, op de borst, de rug en de ledematen. Na de puistjes kunnen er bruine vlekjes ontstaan: pigmentvlekjes. De kans hierop wordt vergroot door blootstelling aan zonlicht.
Het is belangrijk de puistjes op tijd te behandelen met speciale zalf om infecties te voorkomen. Deze puistjes mogen niet behandeld worden met anti-acné middelen.
Advies
Neem bij het ontstaan van de puistjes direct contact op met uw behandelend arts of verpleegkundige.
Wat kunt u zelf doen?
- laat uw huid zoveel mogelijk met rust, probeer niet te krabben
- was uw huid met lauw water en gebruik geen zeep
- gebruik een pH-neutrale wasemulsie
- dep de huid voorzichtig droog
- vermijd felle zon en het gebruik van de zonnebank. Gebruik bij zonnig weer een zonnebrandcrème met beschermingsfactor 30 of hoger als u lang in de zon verblijft
- draag zoveel mogelijk katoen; dit irriteert de huid minder dan synthetische stoffen
Klachten centraal zenuwstelsel
Door de behandeling kan het centraal zenuwstelsel niet goed functioneren. Het centrale zenuwstelsel omvat de hersenen en het ruggenmerg. Het zenuwstelsel regelt de werking van het hele lichaam. Een netwerk van zenuwen door het hele lichaam verbindt de hersenen en het ruggenmerg met de rest van het lichaam. Op die manier worden signalen van en naar het centrale zenuwstelsel doorgegeven om het lichaam aan te sturen.
Als de zenuwfunctie niet goed werkt, kunnen de volgende klachten ontstaan:
- onvast lopen
- moeite om bewegingen te coördineren
- geheugenverlies
- depressie
- hoofdpijn
- wazig zien
- sufheid
- verwardheid
- onrust
- spierspasmen
- trillen
- spraakstoornis
- epileptische aanvallen
Deze klachten zijn soms enkele uren na het begin van de behandeling merkbaar. Maar het kan ook enkele weken duren voordat u iets voelt. De verschijnselen zijn meestal tijdelijk en verdwijnen vaak binnen enkele maanden na beëindiging van de behandeling.
Advies
Meld klachten aan uw behandelend arts. Indien nodig past deze de behandeling aan.
Maag-darmklachten
Door de behandeling kunt u last krijgen van maag-darmklachten. Dit zijn klachten die te maken hebben met het spijsverteringskanaal. Deze loopt van de mond tot en met de anus. Klachten kunnen zijn: een ander ontlastingspatroon, maag- of buikpijn, opgeblazen gevoel of winderigheid.
misselijk zijn en overgeven
Door de behandeling kunt u last krijgen van misselijkheid en overgeven.
U kunt de volgende klachten krijgen:
- kokhalzen en overgeven
- weinig of geen eetlust
- maagklachten, zoals een vol gevoel of pijn
- buikpijn of -krampen, opgezette buik, rommelingen in de buik
- dorst
Medicijnen kunnen misselijkheid en overgeven verminderen of voorkomen. Het is belangrijk dat u de medicijnen altijd inneemt zoals u met uw behandelend arts hebt besproken. Houdt u aan de vaste tijden om de medicijnen in te nemen, ook als u niet misselijk bent.
Advies
- gebruik vaker een kleine maaltijd. Probeer een lege maag te vermijden door regelmatig een kleinigheidje te eten, zoals een cracker of beschuit of een schaaltje yoghurt
- ochtendmisselijkheid vermindert soms na het eten van een toastje of beschuit voor het opstaan. Leg in de avond bijvoorbeeld een pakje toastjes klaar naast het bed of een pakje met soepstengels en smeerkaas
- pas de maaltijden aan, neem geen producten die de misselijkheid vergroten
- drink veel, tenminste 1,5 liter per dag. Dit zijn 14 kopjes of 12 bekers per dag
- door op iets te zuigen, gaan de speekselklieren werken. Dit voorkomt een droge mond en een vieze smaak in de mond. Denk aan (suikervrije) zuurtjes, ijsklontje, waterijsje, zachte stukjes fruit en dropjes
-
probeer of het drinken van koolzuurhoudende dranken helpt. De koolzuur kan helpen om overtollige lucht uit de maag op te boeren en zo een vol gevoel te verlichten. Neem de koolzuurhoudende drank niet te koud, dit kan weer maagklachten geven
-
zorg voor een rustige omgeving en frisse lucht. Drukte en nare luchtjes kunnen de misselijkheid verergeren. Maak, wanneer mogelijk, een korte wandeling buiten. Dit kan helpen om de misselijkheid te verminderen en het eten na een maaltijd te laten zaken. Blijf uit de keuken waar net eten is klaargemaakt en ventileer uw woning goed
- probeer gerechten die koud of op kamertemperatuur zijn, deze worden vaak beter verdragen. Laat warme voedingsmiddelen en dranken afkoelen tot ze lauwwarm zijn
- neem een goede houding aan. Ga wanneer mogelijk rechtop zitten tijdens de maaltijd of probeer met het bovenste deel van het lichaam rechtop te zitten Ga niet meteen na de maaltijd weer liggen. Blijf tot een half uur na de maaltijd rechtop zitten. De maaltijd kan zo beter zakken en dat beperkt de misselijkheid
Meer informatie over voeding en kanker
Het is raadzaam om contact op te nemen met uw behandelend arts bij de volgende klachten:
- ernstig en aanhoudend overgeven gedurende 24 uur of langer
- als u niet voldoende kunt drinken, minder dan 1½ liter per dag (dat zijn 12 kopjes of 10 bekers)
- als u tekenen van uitdroging vertoont; dit merkt u aan een droge mond, droge huid, weinig of niet meer kunnen plassen en een donkere kleur urine.
U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist.
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.
buikpijn
Door de behandeling kunt u pijn in de buik krijgen. Dat kan van de maagstreek tot in de onderbuik zijn.
diarree
Diarree is waterige dunne ontlasting waarvoor u meer dan 3 keer per dag naar de wc moet. Bij diarree nemen de darmen minder vocht en voedingsstoffen op. Dit komt door irritatie van de darmen, waardoor de darmen minder goed werken. Vaak komt de aandrang plotseling. En is het ophouden van de diarree moeilijk of lukt het zelfs helemaal niet.
De volgende klachten kunnen optreden:
- een waterige of dunne ontlasting
- bloed of slijm bij de ontlasting
- buikpijn en/of buikkrampen
- opgeblazen gevoel
- vaak naar de wc moeten
- misselijk zijn en overgeven
- koorts
- als u een stoma heeft voor de ontlasting, moet u het zakje vaker legen dan normaal.
Hieronder vindt u adviezen over hoe u kunt omgaan met deze klachten.
Advies
Wat moet u doen bij diarree:
- Neem contact op met uw zorgverlener als de diarree langer dan 24 uur duurt, er bloed of slijm bij de ontlasting zit of als u moet overgeven en diarree heeft.
- Houd bij hoe vaak en hoe veel ontlasting u heeft.
- Door de diarree verliest u meer vocht dan normaal. Het is belangrijk om genoeg te blijven drinken, minstens 1,5 tot 2 liter per dag. Dit zijn ongeveer 10-12 glazen. Denk aan water, thee, bouillon, sap of limonade. Varieer met zowel zoete als zoute dranken. Genoeg drinken kan in het begin lastig zijn, omdat u niet altijd dorst heeft. Het kan dan helpen om op te schrijven wat u heeft gedronken.
Wat kunt u nog meer doen bij diarree:
- Voeding is meestal niet de oorzaak van diarree. Een streng dieet is niet nodig. Wel kan het helpen om verschillende dingen te eten. Vasten of minder eten is niet verstandig.
- Vermijd koffie, alcohol, zure dranken, producten met zoetstoffen of producten met lactose.
- Eet of drink (tijdelijk) meer zout. Als u diarree heeft, verliest u meer zout dan normaal. Neem regelmatig een kopje soep of bouillon. Overleg met uw zorgverlener als u niet te veel zout mag eten.
- Eet kleine porties. Kies in plaats van 3 grote maaltijden voor kleinere porties verdeeld over de dag.
Neem nooit medicijnen, supplementen of probiotica (bacteriën die de darmen kunnen helpen) tegen diarree zonder dit met uw zorgverlener te bespreken.
Kijk hier voor meer adviezen over wat u kunt eten bij diarree.
Ook kunt u bij diarree last krijgen van wondjes en pijn rondom de anus. Hieronder vindt u adviezen wat u moet doen als u wondjes en/of pijn rondom uw anus heeft:
- Maak uw huid schoon met zacht toiletpapier.
- Was de huid al deppend zonder zeep.
- Gebruik vette zalf rondom het anale gebied om de jeuk te verzachten.
Laatst gewijzigd: 23 mei 2024
verstopping
Door uw behandeling kunt u last krijgen van verstopping (obstipatie).
Bij verstopping komt de ontlasting minder dan 3 keer per week. U kunt de volgende klachten hebben:
- harde en droge ontlasting
- persen bij stoelgang
- opgezette buik
- buikpijn/darmkrampen
- verminderde eetlust door een vol gevoel
Advies
- zorg dat u voldoende drinkt, minstens 2 liter per dag, dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag
- eet veel vezels. Vezels zitten in volkoren producten, fruit en groenten.
- raadpleeg eventueel een diëtist voor advies
- probeer zoveel mogelijk te bewegen
- zo nodig kan uw behandelend arts medicijnen voorschrijven om de stoelgang te bevorderen
Neem bij de volgende klachten contact op met uw behandelend arts:
- als u langer dan 2 dagen geen ontlasting heeft gehad
- als u hevige buikkrampen heeft
Meer lichaamshaar dan normaal
Door de behandeling kan er een verandering optreden in de lichaamsbeharing. U kunt meer lichaamsbeharing krijgen dan normaal. Bij vrouwen bijvoorbeeld ook op de borst, bovenlip en kin.
Advies
- vraag uw behandelend arts om advies of behandeling.
Minder goed kunnen zien
Door de behandeling kunt u last krijgen van uw ogen. In sommige gevallen kan de behandeling een beschadiging veroorzaken aan het netvlies, hoornvlies of ooglens (staar).
De volgende klachten kunnen optreden:
- wazig zien
- minder zien
- dubbel zien
- sterretjes zien
- zwevende deeltjes in het oog hebben
Advies
Gaan de klachten niet weg en worden ze erger? Meld dit dan aan uw behandelend arts. Uw arts kan als het nodig is een oogheelkundig onderzoek (laten) doen.
Pijn in spieren of gewrichten
Door de behandeling kunt u pijn krijgen in de spieren, gewrichten of botten. Klachten hierbij kunnen zijn:
- spierpijn (overal in het lichaam, zoals nekpijn, rugpijn, beklemmend gevoel op de borst, pijn aan de ledematen etc)
- gewrichtspijn
- te hoge spierspanning (spierspasmen)
- pijn in de botten (botpijn)
Advies
- u kunt 500 tot 1000 mg paracetamol gebruiken tegen hoofdpijn, spierpijn en pijn in de botten (maximaal 3 maal daags tot een dagmaximum van 3000 mg)
- nemen de klachten in de dagen na de behandeling niet af of wordt het zelfs erger? Neem dan contact op met uw behandelend arts.
Schade aan zenuwen (neuropathie)
Door de behandeling kunnen uw zenuwcellen beschadigen. Dit wordt neuropathie genoemd. Als zenuwcellen beschadigen, kunt u verschillende klachten ervaren. Meestal beginnen deze klachten in uw vingertoppen en tenen. Maar ze kunnen zich ook verspreiden naar uw handen, voeten, armen en benen.
De klachten zijn meteen na de behandeling het ergst en verminderen in de weken tot maanden daarna. Het is ook mogelijk dat de klachten pas enkele dagen na de behandeling beginnen. Over het algemeen verdwijnen de klachten binnen enkele maanden. Bij sommige mensen gaan de klachten niet meer over. Welke klachten u ervaart, hangt af van welke zenuwen zijn beschadigd.
De volgende klachten kunnen optreden:
- minder gevoel of 'doof gevoel' in uw handen, voeten, vingers en/of tenen
- prikkelingen of tintelingen in uw handen, voeten, vingers en/of tenen
- een branderig gevoel in uw handen, voeten, vingers en/of tenen
- minder kracht in uw armen en/of benen
- kramp in uw armen en/of benen
- pijn in uw handen, voeten en huid bij het aanraken of bij wisselingen in temperatuur
- verlies van fijne motoriek (bijvoorbeeld moeite met netjes schrijven of knoopjes dichtdoen)
- minder goed kunnen horen of oorsuizen
- problemen met uw evenwicht
Neuropathie kan uw dagelijks leven beperken. Bijvoorbeeld tijdens het sporten, wandelen, werken, slapen en bij uw hobby's of dagelijkse activiteiten. Hieronder vindt u adviezen over hoe u kunt omgaan met deze klachten en problemen.
Advies
- Meld uw klachten aan uw zorgverlener om erger worden en/of schade te voorkomen. Uw zorgverlener kan samen met u bekijken wat er mogelijk is in uw situatie. Dit hangt af van uw klachten. U kunt bijvoorbeeld medicijnen tegen de pijn krijgen. Ook kan u worden doorverwezen en/of kan de behandeling worden aangepast.
- Vermijd dingen die pijn doen, zoals hitte of kou.
- Draag geen strakke kleren en/of schoenen.
- Rook niet en drink geen alcohol.
- Zorg dat u voldoende beweging krijgt. Regelmatig bewegen, zoals wandelen, blijkt een goed effect te hebben op neuropathie. Een (oncologisch) fysiotherapeut kan u hierbij ondersteunen. Vind er hier een bij u in de buurt.
- Controleer regelmatig uw handen en voeten op wondjes of blaren, omdat u deze mogelijk niet voelt.
Meer informatie over neuropathie kunt u hier vinden.
Laatst gewijzigd: 6 mei 2024
Slecht slapen
Door de behandeling kunt u slechter slapen dan u gewend bent. U kunt last krijgen van de volgende klachten:
- vermoeidheid
- slaperigheid
- lusteloosheid of prikkelbaarheid
- moeite met concentreren
Advies
- doe een uurtje voor u gaat slapen iets leuks en ontspannends
- houdt vaste tijden aan om naar bed te gaan en op te staan
- overleg met uw behandelend arts, deze kan u eventueel een slaapmiddel voorschrijven.
Teveel suiker in het bloed
Door de behandeling kan het suikergehalte in het bloed verhogen.
Dit kan de volgende klachten geven:
- dorst
- droge mond
- vaak plassen
- vermoeidheid
- jeuk
- afvallen
- slecht genezende wondjes
- zoete geur uit de mond
- problemen met zien
- snel en diep ademhalen
Advies
Heeft u één of meer van deze klachten, dan is het verstandig om contact op te nemen met uw behandelend arts. Als uw suikergehalte in het bloed is verhoogd, krijgt u misschien een dieet en aanvullende medicijnen. Ook controleert de arts regelmatig het suikergehalte in uw bloed.
Vasthouden van vocht
Door de behandeling kunt u vocht gaan vasthouden, ook wel oedeem genoemd. U kunt last krijgen van vochtophoping op plaatsen waar normaal niet of nauwelijks vocht aanwezig is, bijvoorbeeld rond de enkels of in het gezicht.
Dat kan de volgende klachten geven:
- minder plassen
- dikke enkels, voeten en/of benen, handen of armen of een dik gezicht
- toename van het gewicht
- kortademigheid
Advies
- controleer uw gewicht regelmatig
- komt u in korte tijd veel aan, neem dan contact op met uw behandelend arts
- neem bij kortademigheid contact op met uw behandelend arts
Veel zweten
Door de behandeling kunt u veel gaan zweten. Een ander woord hiervoor is transpireren. Door te zweten raakt het lichaam via miljoenen zweetkliertjes vocht kwijt. Dit vocht komt op de huid terecht en daar verdampt het. Op deze manier zorgt het lichaam bij warmte of grote inspanning voor een ideale lichaamstemperatuur. De volgende klachten kunnen optreden:
- u kunt teveel vocht verliezen
- nare luchtjes
- irritatie van de huid
Advies
- zorg dat u voldoende vocht aanvult, drink 1½ tot 2 liter per /dag; dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag
- besteed extra aandacht aan lichaamsverzorging, vooral de liezen en onder de borsten
- was uw hele lichaam minimaal een keer per dag met pH-neutrale zeep en gebruik lauwwarm water; dit voorkomt irritatie van de huid
- draag kleding en gebruik beddengoed van natuurlijke stoffen (bijvoorbeeld katoen en linnen) en verschoon deze regelmatig.
Aankomen
Er kunnen verschillende oorzaken zijn voor het aankomen in gewicht als u kanker heeft. Het kan bijvoorbeeld zijn dat uw leefstijl is veranderd door vermoeidheid. Zo kan het zijn dat u minder beweegt. Ook uw eetpatroon kan veranderen door vermoeidheid. Zo kan het zijn dat u vaker kiest voor een kant-en-klare maaltijd of pizza. Gevoelens van stress, verdriet en spanning kunnen daarnaast zorgen voor een toename van de eetlust.
De behandeling kan ook een rol spelen bij gewichtstoename. Met name bij chemotherapie en hormoontherapie vinden er veranderingen in het lichaam plaats waardoor het lichaamsgewicht kan stijgen. Zo wordt de hoeveelheid vet in het lichaam groter en de spiermassa neemt juist af. Doordat vetcellen minder energie verbruiken dan spieren, heeft u minder energie nodig. Daarnaast zorgt chemotherapie, en soms ook hormoontherapie, ervoor dat de stofwisseling trager wordt, wat ook betekent dat uw lichaam minder energie nodig heeft. Soms kan een chemotherapie juist zorgen voor extra trek. Hierdoor kan het zijn dat u meer eet, wat uw lichaam vervolgens opslaat als vet. Vrouwen kunnen daarnaast door de behandelingen vervroegd in de overgang komen, ook dit kan leiden tot gewichtstoename.
Soms hangt gewichtstoename af van de plaats waar de tumor zit, maar vaker komt dit door de medicijnen die u neemt. Dikwijls hebt u zin in zoete voeding en snacks, ook als u deze voorkeur niet eerder had.
Advies
Bespreek met uw behandelend arts wat de oorzaken van de gewichtstoename kunnen zijn. Als u meer eet dan u eigenlijk nodig heeft, zijn er de volgende mogelijkheden:
- in overleg met een diëtist wordt uw dieet aangepast
- beweeg zoveel mogelijk, wandelen, fietsen
- sla geen maaltijden over, want dan is de kans groter dat u naar ongezonde tussendoortjes grijpt
- hebt u veel trek vlak voor het eten, neem dan een glas lauwwarm water; dat vult alvast even
- eet bewust, neem kleine happen en geniet ervan.
- overleg met uw behandelend arts of sporten onder begeleiding mogelijk is.
U kunt bij uw arts vragen naar een doorverwijzing naar een diëtist.
Voor diëtisten bij u in de buurt, raadpleeg hier de Verwijsgids Kanker.
Lees hier meer informatie over voeding en kanker
Botontkalking
Door de behandeling kunt u botontkalking krijgen. Klachten die kunnen optreden zijn:
- botbreuken
- het inzakken (krimpen) van ruggenwervels waardoor u kleiner of krommer wordt
Advies
- probeer voldoende te bewegen (5 keer per week ½ uur wandelen of fietsen)
- zorg voor gezonde voeding in overleg met een diëtiste
- drink voldoende, voldoende betekent dat u per dag 1½ tot 2 liter moet drinken; dit zijn 16 kopjes of 14 bekers per dag
- overleg met uw behandelend arts over medicijnen die de afbraak van botten kunnen remmen en/of de botten steviger kunnen maken
Lees hier meer informatie over botontkalking en welke zorgverleners u hierbij kunnen helpen
Hoge bloeddruk
Een hoge bloeddruk voelt u meestal niet. Is uw bloeddruk extreem hoog, dan kunt u last hebben van:
- hoofdpijn
- kortademigheid
- problemen met zien
- duizeligheid
- overmatig blozen
Advies
-
heeft u één van bovengenoemde klachten, neem dan contact op met uw behandelend arts.
U kunt zelf niets doen om de bloeddruk te verlagen. De behandelend arts schrijft u medicijnen voor als dat nodig is. Ook zal uw bloeddruk regelmatig gecontroleerd worden.
Hoofdpijn
Door de behandeling kunt u last krijgen van hoofdpijn. Dit kan gepaard gaan met een overgevoeligheid voor prikkels als licht en geluid.
Advies
Overleg met uw behandelend arts welke van de onderstaande adviezen bruikbaar zijn voor u.
- vermijd een prikkelende omgeving, zorg voor een rustige ruimte, eventueel verduisterd
- probeer met koude kompressen op het hoofd de pijn te verlichten
- overleg met uw behandelend arts over het gebruik van pijnstillers
Infecties
Door de behandeling bestaat een verhoogde gevoeligheid voor infectie. Door het onderdrukken van het afweersysteem (immunosuppressie) worden koorts en tekenen van infecties onderdrukt. Soms kan het voorkomen dat u niet of minder snel in de gaten heeft dat u een infectie ontwikkelt. Als u een infectie krijgt, heeft u vaak last van vermoeidheid en een algemeen ziek gevoel.
Een infectie betekent het binnendringen van ziekteverwekkende micro-organismen in het lichaam die zich hier vermenigvuldigen. Voorbeelden van deze micro-organismen zijn virussen, bacteriën, parasieten en schimmels.
Bekende voorbeelden van infecties zijn:
- urineweginfectie (bijv. blaasontsteking)
- luchtweginfectie (bijv. keelontsteking of longontsteking)
- buikgriep
- infectie onder de huid
- koortslip
Advies
- vermijd contact met zieke mensen en grote groepen
- zorg voor een goede lichaamshygiëne
- zorg voor een goede mondverzorging door 4x per dag de tanden te poetsen en de mond regelmatig te spoelen
- bij een temperatuur boven de 38,5 ºC moet u direct contact opnemen met uw behandelend arts of verpleegkundige
Psychische klachten
De diagnose kanker roept bij de meeste mensen angst en onzekerheid op. Sommige medicijnen kunnen ook psychische reacties geven. Klachten die hiermee gepaard gaan zijn:
- verwardheid
- angst
- onrust
- depressieve gevoelens
- stemmingswisselingen
-
snel geïrriteerd zijn
Advies
Bespreek uw klachten met uw behandelend arts. Deze kan u verwijzen naar een psycholoog, psychotherapeut of psychiater. Kijk voor psychische zorg bij u in de buurt in de Verwijsgids Kanker.
Stemmingsveranderingen
Door de behandeling kan uw stemming veranderen. Afwisselend kunt u zich overdreven vrolijk voelen en veel energie hebben, het andere moment voelt u zich juist terneergeslagen, lusteloos en moe.
Advies
- bespreek de stemmingsklachten die u ervaart met uw behandelend arts.
Trombose
Door de behandeling en de ziekte zelf heeft u een verhoogde kans op trombose. Dat is een bloedstolsel in een bloedvat. Het komt meestal voor in het been, maar er kan ook een bloedvat naar de longen verstopt zitten. Dit heet longembolie.
Trombose in het been is te merken aan:
- een pijnlijke gezwollen kuit die warm en gevoelig is bij aanraking
- een gezwollen enkel, voet of bovenbeen, soms met roodheid en uitgezette bloedvaten
Bij trombose in de longen kunnen er klachten optreden als:
- plotselinge pijn op de borst
- pijn bij in- of uitademen
- kortademigheid
- erge hoofdpijn
- problemen met zien
- problemen met praten
Advies
Heeft u last van een van deze klachten, neemt u dan direct contact op met uw behandelend arts.
Verandering in de menstruatie
Door de behandeling kan er een verandering optreden in de menstruatie, bijvoorbeeld:
- de menstruatie komt onregelmatig
- de menstruatie duurt langer dan normaal
- de menstruatie duurt korter dan normaal
- u verliest minder bloed
- de menstruatie blijft weg
- u verliest juist meer bloed dan normaal
- als u veel bloed verliest, kan dit bloedarmoede geven
Klachten bij bloedarmoede kunnen zijn:
- bleek zien
- vermoeid zijn
- kortademigheid
- gevoel van spierzwakte bij inspanning
Advies
- Heeft u last van overmatig bloedverlies, overleg dat met uw behandelend arts. Die kan medicijnen voorschrijven om de bloedingen te verminderen.